hnh

Boerenbond geeft stroomstoot aan innovatieve PAS-oplossingen

Het beperken van ammoniakemissies is een belangrijke uitdaging voor de Vlaamse dierlijke sector van vandaag en morgen. Of het vorig jaar goedgekeurde ontwerp-PAS-akkoord daarop het juiste antwoord is, is maar de vraag. Oplossingen zijn echter mogelijk, en daar is technologische innovatie zeker een belangrijk hulpmiddel in. Boerenbond maakt hiervoor nu over vier jaar gespreid twee miljoen euro innovatiesteun uit eigen middelen vrij. Wie denkt er mee?

Boerenbond-voorzitter Lode Ceyssens lanceerde op het Koeweidehof in Merchtem deze Boerenbond-innovatiesteun. Een vijftigtal geïnteresseerde toeleveranciers en kennisinstellingen kwamen er samen. Lode Ceyssens ziet de landbouwers in Vlaanderen als wereldtop in innovatieve en duurzame landbouw. "Wij moeten van de overheid de kans krijgen om in deze landbouw verder te investeren. Ik betreur dat het in Vlaanderen, waar zo hard wordt ingezet op innovatie en technologie, het zo moeilijk is om het wetenschappelijk en administratief team dat over nieuwe PAS-technieken moet oordelen aan de slag te krijgen. Maar deze obstakels ontslaan ons niet van de plicht om ondertussen ook zelf initiatieven te nemen."

Het ontwerp-PAS-akkoord zoals het vorig jaar goedgekeurd is, is nochtans voor heel wat kritiek vatbaar. Niets voor niets werden er bijna 20.000 bezwaren tegen opgemaakt. Ook Boerenbond maakte een grondige analyse van dit akkoord en stelde een 170 pagina’s tellend sterk onderbouwd en gedocumenteerd bezwaarschrift op. Eén aspect dat het akkoord onwerkbaar maakt zijn de onrealistische deadlines. Het akkoord verwacht dat alle kippen- en varkensbedrijven die hun dieren houden in niet-ammoniakemissiearme stallen uiterlijk tegen 2030 (of al eerder bij de uitvoering van een nieuwe vergunning van onbepaalde duur) een ammoniakemissiereductie van 60% op stalniveau moeten realiseren. Dit heeft gevolgen voor ongeveer 2800 varkens- en 800 pluimveestallen, wat volgens luchtwasserfabrikant INNO+ neerkomt op een aanpassing van gemiddeld 450 bedrijven per jaar gedurende de komende 8 jaar. Dat is onhaalbaar. Ook de melk- en vleesveesector moeten volgens het huidige akkoord tegen 2030 een reductie van 15% bereiken ten opzichte van 2015, de mestkalversector een reductie van 20%. In 2026 wil men al gaan evalueren en bij onvoldoende reductie actieve NERS’s korten.

Schril contrast

Die reductie kan enkel op termijn bereikt worden via het reduceren van de veestapel of via investeringen in technologie en emissiearme stallen. Deze technologische oplossingen moeten niet alleen voorhanden zijn, maar ook goedgekeurd worden voor de reducties die ze vooropstellen. Van de overheid mag verwacht worden dat ze de piste van het ontwikkelen van technologische ontwikkelingen zelf ernstig neemt en faciliteert. De haast en spoed die het PAS-akkoord in het bereiken van de vooropgestelde doelstellingen gerealiseerd wil zien, staat in schril contrast met het tempo waarmee de overheid een meet- en evaluatieprocedure voor die nieuwe technieken voorziet. En dat is toch echt een verantwoordelijkheid van de overheid.

Geen proefstalregeling

Wie een innovatieve techniek in de stallenbouw ontwikkelt, heeft bijvoorbeeld boeren nodig die hierin willen investeren zodat ze hun concept kunnen testen in de praktijk. Boeren willen hiervoor een vergunning en ze willen ook de garantie dat ze die stal niet – in het slechtste geval –moeten afbreken als de vooropgestelde reducties achteraf toch niet gehaald blijken te worden. Een proefstalregeling die deze drempel kan doorbreken bestaat echter nog niet.

Robuuste meettechniek gezocht

Ontwikkelaars van een nieuwe techniek hebben ook nood aan een meettechniek die toelaat reducties van ammoniakuitstoot op een wetenschappelijk robuuste manier vast te leggen. Vooral voor open rundveestallen waar de luchtstroom elke kant kan uitgaan is dat nog een probleem. Het ILVO ontwikkelt een dergelijke gouden meetstandaard, maar dat is een complex en tijdrovend proces.

Boerenbond staat niet op de rem, maar wil integendeel net vooruit.

Goedkeuringsprocedure nog niet helder

Een andere drempel is dat een maatregel pas echt inzetbaar is in de praktijk als deze is opgenomen op de ammoniakemissiearme lijst (AEA) zoals deze wettelijk is vastgelegd vanuit de Vlarem-regelgeving. Elke techniek moet daarbij worden beoordeeld door een administratief team (AT) en een wetenschappelijk comité (WeComV). Het WeComV is pas recent opgericht en voorzichtig aan de eerste stapjes begonnen. Over de oprichting van het AT is nog onduidelijkheid, en zonder dit team, kan ook het WeComV niet aan de slag. Doel is dat de technieken van de bestaande PAS-lijst uit 2015 worden samengevoegd met deze AEA-lijst. Ook dat is echter nog niet gerealiseerd en wacht nog op politieke moed en nuchterheid. 

Ontwikkeling nieuwe technieken

Lichtpunt vanuit het onderzoek is het praktijkonderzoek dat het ILVO voerde naar het potentieel van innovatieve managementtechnieken die de ammoniakuitstoot kunnen reduceren. Het gaat daarbij om bijvoorbeeld in eiwit verlaagde voeders, ureaseremmers, mestaanzuring en zeolieten. De resultaten van dat onderzoek werden in januari gepresenteerd en zijn beloftevol. Doel is om boeren een nieuw menu van maatregelen aan te kunnen bieden, waaruit elke boer de techniek kan kiezen die het beste bij zijn bedrijf past. Boerenbond gelooft in de noodzaak van onderzoek naar deze technieken en heeft dit – onder meer via het ILVO – mee ondersteund. Zeker voor technieken waar een grote private partij niet onmiddellijk winst in ziet, biedt dit onderzoek nieuwe hoop.

Goesting moet terugkeren

Maar alles bij elkaar geteld maken de slepende voeten van de regelgever een snelle vooruitgang in technologische hulpmiddelen om ammoniak te reduceren onmogelijk – nochtans een uitdrukkelijk doel van het PAS-akkoord. Daar is de Vlaamse voedselzekerheid niet bij gebaat, en boer en natuur evenmin. Bedrijven die emissiereducerende technieken willen aanbieden delen in de vergunningsonzekerheid van hun klanten (de boeren), én ze hebben grote onzekerheid over of, hoe en wanneer ze hun technieken goedgekeurd krijgen. “Dit heeft ervoor gezorgd dat er wat ons betreft nog te weinig bedrijven zijn die nieuwe emissiereducerende technieken ontwikkelen. Er is dringend nood aan een nieuwe impuls in die toelevering. De goesting om te ontwikkelen en innoveren moet terugkomen”, meent Stijn Bossin, coördinator Klimaat en technologie bij Boerenbond.

Het moet nog beter

Boerenbond wil een einde aan de onzekerheid en de moedeloosheid die in de sector de bovenhand dreigt te nemen. Onder het label Innovatiesteunpunt werkte Boerenbond allang rond het praktisch toepassen van ammoniakemissiebeperkende maatregelen en de borging ervan. “Eén voorbeeld van een thema waarrond we werkten was het beweiden als maatregel om ammoniakemissies te reduceren en het kunnen borgen ervan in de praktijk. Ook brachten we alle soorten vloersystemen in kaart. We werkten uiteraard altijd richting de boer, maar in goede samenwerking met toeleveranciers. Zij zijn immers de partner van boeren in deze problematiek”, legt Stijn uit. “Maar het moet nog beter.”

Risico’s verkleinen

Boerenbond biedt daarom ontwikkelaars van nieuwe maatregelen of technieken financiële ontwikkelingssteun. Vier jaar lang maakt Boerenbond telkens 500.000 euro uit eigen middelen vrij, waarmee ontwikkelaars tot 50% van hun ontwikkelingskosten vergoed kunnen zien. Het maximaal steunbudget per project is 125.000 euro. Daarmee verkleinen de risico’s voor de ontwikkelaar en stijgt de kans dat boeren nieuwe oplossingen aangeboden krijgen. Deze oplossingen kunnen zich aanbieden op het vlak van staltechniek, voeding, additieven, meettechnologie, het sluiten van mineralenkringloop of nieuwe verdienmodellen. “We kijken met een open vizier. We willen heel graag dat nieuwe ideeën en inzichten richting onze sector komen, ook van buiten de sector. We zullen tijdens twee matchmakingevents bedrijven uitnodigen die nog niet in onze sector actief zijn, maar misschien wel iets te bieden hebben”, kadert Stijn Bossin. De nieuwe ideeën kunnen over technieken gaan, maar ook over sensoren of nieuwe marktconcepten. De procedure wordt bewust zo laagdrempelig mogelijk gehouden. Boerenbondexperts zullen kandidaten actief begeleiden en adviseren in hun ontwikkelingstraject. De ervaring met projectwerking binnen Boerenbond zal ervoor zorgen dat de middelen juist besteed worden en dat de administratieve last voor de bedrijf minimaal blijft.

Evolutie doorbreken en omkeren

Er worden geen bedrijven uitgesloten, ook buitenlandse bedrijven mogen deelnemen. De innovaties moeten wel geïmplementeerd worden op Vlaamse landbouwbedrijven. Het geld gaat dus niet rechtstreeks naar de boer, maar het is wel een uitdrukkelijke voorwaarde dat de middelen de Vlaamse boer tot dienst zijn. “Vlaanderen is een regio die erg kennisgedreven is en innovatie hoog in het vaandel voert. Het is logisch dat we ook voor de uitdagingen in de landbouw die richting uitkijken. De huidige impasse in de sector jaagt toeleveringsbedrijven en hun personeel buiten de sector. Die evolutie willen we met deze innovatiesteun resoluut doorbreken en omkeren”, argumenteert Stijn.

Toekomstperspectief en zekerheid

De call zal vier jaar lopen. Het oogmerk is om Vlaamse landbouwers binnen een tijdbestek van maximum vier jaar nieuwe tools in handen te geven om de stikstofuitdaging het hoofd te bieden. Hoe het regelgevend kader er dan zal uitzien is nu nog koffiedik kijken. Boerenbond steekt met het inbrengen van eigen middelen duidelijk de nek uit voor het ontwikkelen van technologische uitwegen uit de huidige impasse voor economie en natuur. Het is niet alleen een uitgestoken hand naar de kmo-wereld maar ook een uitnodiging richting administratie en politiek om samen de hand aan de ploeg te slaan. Ook regelgevend zijn bijkomende versnellingen nodig: Het samenvoegen van de PAS-lijst met de AEA-lijst en het wettelijk erkennen van goedgekeurde technieken van de PAS-lijst, het eindelijk op snelheid brengen van de werking van het administratief team en WeComV, het opzetten van een uitnodigende proefstalregeling, het herwerken van het PAS-akkoord tot iets waar zowel boeren als natuur mee gebaat zijn op lange termijn … “Boerenbond staat niet op de rem, maar wil integendeel net vooruit. Als iedereen de handen in elkaar slaat en werkt aan oplossingen is er eindelijk weer een toekomstperspectief en zekerheid mogelijk voor een sector die broodnodig is in Vlaanderen en de wereld”, besluit Stijn.

Innovatiesteun voor frisse nieuwe ideeën

Via de call Innovatiesteun voor PAS -oplossingen wil Boerenbond over het muurtje kijken en op zoek gaan naar echt vernieuwende oplossingen voor de PAS-problematiek. Dit kan heel breed gaan, van nieuwe technologieën tot nieuwe meetsensoren om metingen net eenvoudiger en juister te maken. Maar het kan even goed een samenwerking met retail zijn rond meerwaardecreatie. Deze call staat open voor frisse nieuwe projectvoorstellen en we moedigen dan ook iedereen aan om met deze steun aan de slag te gaan.

De projectvoorstellen kunnen ingediend worden tot 2 mei via www.boerenbond.be/innovatiesteun. Daar is ook het steunregelement te vinden. Zijn er toch nog vragen over de innovatiesteun, contacteer Stijn dan op 016 28 61 37 of 0476 93 21 71 of via e-mail.