Is bodemverdichting een Vlaams probleem?
Bodemverdichting is een vorm van structuurbederf die ontstaat wanneer de draagkracht van de bodem wordt overschreden en hierdoor samengedrukt en/of vervormd wordt. Gevolg is dat grote, continue poriën verdwijnen, wat de waterhuishouding verstoort en de wortelgroei bemoeilijkt. Dit maakt de gewassen droogtegevoeliger en verhoogt de kans op plasvorming.
Bodemverdichting is vooral problematisch in de ondergrond. In vergelijking met de bouwlaag (0-30 cm) is de ondergrond immers veel moeilijker te bereiken met conventionele, jaarlijkse bodembewerkingen.
De verdichting van akkerland wordt voornamelijk veroorzaakt door frequent veldverkeer met zware machines onder natte(re) bodemcondities. Het is dan ook niet verwonderlijk dat bodemverdichting in de afgelopen decennia veel meer aandacht kreeg: landbouwmachines worden immers steeds groter en zwaarder. Zo nam de gemiddelde wiellast bij maaidorsers met 11,1 ton toe tussen 1958 en 2020. In die periode steeg ook het areaal aan laat geoogste gewassen, zoals mais en aardappelen. Deze teelten lopen het risico dat ze geoogst worden bij natte bodemcondities. Wanneer de bodem nat is, heeft deze een sterk verminderde draagkracht en verhoogt de kans op bodemverdichting.
Hoe groot is het probleem?
Binnen het pas afgelopen project EJP SOIL SoilCompaC keken verscheidene onderzoeksgroepen in heel Europa naar de verspreiding en ernst van ondergrondverdichting op Europese akkers. Hiervoor maakten ze gebruik van de reeds beschikbare data van grootschalige monitoringscampagnes. In Vlaanderen had men toegang tot de data van het Cmon-koolstofmonitoringnetwerk. Uit een analyse van de bulkdichtheidsdata in het 30-60 cm diepte-interval maakte men op dat 31% van de bemonsterde akkerlandplots problematisch verdicht waren door menselijke oorzaak. Dit is opvallend hoog in vergelijking met de andere West-Europese landen waar een soortgelijke analyse werd uitgevoerd. Zowel Duitsland (19%), Frankrijk (5%) als Denemarken (3%) lijken veel minder last te hebben van door mensen veroorzaakte ondergrondverdichting in akkerland. Aangezien de evolutie van grotere en zwaardere landbouwmachines te zien is in heel Europa, moet de verklaring voor de sterke ondergrondverdichting in Vlaamse landbouwbodems wellicht gezocht worden in enerzijds het aanzienlijke areaal aan laat geoogste gewassen en anderzijds de vele kleine percelen, en bijgevolg een relatief groter aandeel aan kopakkers.
Wat kunnen we doen?
Diepgronden is veruit de meest gebruikte mechanische maatregel, omdat het een relatief ‘laag’ brandstofverbruik heeft en de gelaagdheid – en dus ook de draagkracht – van de bodem het best bewaard wordt. Ook bij diepgronden blijft het essentieel om de bewerking bij optimale (niet te natte) omstandigheden uit te voeren en niet dieper te werken dan absoluut noodzakelijk. Zeker bij leembodems heeft diepgronden een groot risico op versmering van de bodem. Streef bovendien best niet naar het loswerken van de complete ondergrond. Een diepgronder met minder tanden is vaak even effectief om de negatieve gevolgen van bodemverdichting op te lossen en kan ook de herverdichting afremmen. Het verminderen van de belasting op de bodem is daarbij aanbevolen.
Daarnaast is het aangeraden een mechanische bewerking te combineren met een biologische maatregel zoals de inzaai van diepwortelende gewassen of groenbedekkers. De plantenwortels maken immers gebruik van de openingen die gecreëerd zijn door de diepe bodembewerking en stabiliseren zo de bodemstructuur en verhogen de draagkracht van de bodem. Je kan ook biologische maatregelen nemen: kies dan voor diepwortelende gewassen of groenbedekkers met het vermogen om doorheen verdichte lagen in de ondergrond te groeien. Zo creëren ze (bio)poriën waardoorheen de wortels van de daaropvolgende gewassen kunnen groeien om bij de watervoorraad in de ondergrond te geraken. Luzerne en bladrammenas hebben hierin al duidelijk potentieel getoond en ook onder andere sorghum-soedangras, rietzwenkgras en cichorei lijken dezelfde aanleg te hebben. Biologische herstelmaatregelen hebben echter een trage werking. Meestal vereist het meerdere jaren voordat een duidelijk herstel van de bodemstructuur optreedt.
Voorkomen is beter dan genezen
De moeilijkheden bij het opheffen van ondergrondverdichting benadrukken het belang van preventiemaatregelen. Het intensieve landbouwsysteem in Vlaanderen maakt het voor landbouwers niet eenvoudig, maar er zijn wel degelijk effectieve maatregelen die kunnen helpen om bodemverdichting te vermijden. Eerst en vooral moet je het veldverkeer met zware machines zo veel mogelijk beperken, zeker in het (natte) voor- en najaar. In deze periodes kunnen enkele dagen uitstel een substantieel verschil maken voor het risico op bodemverdichting. Pas daarnaast de bandenspanning aan volgens de tabellen van de bandenproducenten, desnoods met behulp van drukwisselsystemen. Hiermee vergroot je het contactoppervlak tussen band en bodem, net zoals bij het gebruik van rupsbanden. Dit mag dan wel geen excuus zijn om bij nattere omstandigheden toch nog op het veld te komen, in dat geval zullen zelfs de grotere contactoppervlakken niet beschermen tegen aanzienlijke bodemverdichting tot diep in de ondergrond.
Meer weten?
Meer over bodemverdichting en hoe het te vermijden vind je op het kennispunt op de B3W-website. B3W, de Begeleidingsdienst voor een Betere Bodem- en Waterkwaliteit, organiseert ook individuele begeleidingen rond duurzaam bodembeheer. Kamp je met bodemproblemen en weet je niet waar te beginnen? Neem dan zeker contact op met themaverantwoordelijke Jasper Somers via jasper.somers@b3w.vlaanderen.be.
Bron: Adriaan Vanderhasselt , Jasper Somers en Jelina Terrijn, B3W

De markt vraagt om rundvlees, kan de sector antwoorden?
Er zijn weinig redenen om aan te nemen dat de recente prijsstijgingen even snel zullen gaan als ze gekomen zijn.
Grachtenkaart op de lange baan geschoven
Nieuwe einddatum is 30 november 2029

Gezond boerenverstand gevraagd!
In een recente studie wordt bemesting genoemd als de oorzaak voor meer hooikoorts. In de praktijk wordt er tijdig gemaaid of begraasd, nog voor het gras bloeit en dus pollen verspreidt. De studie veroorzaakte een terechte golf van verontwaardiging.

"We brengen smaak en gezondheid samen in een fles"
Danny Massoels uit Nieuwerkerken is fruitteler in hart en nieren. Na een ongelukkige val met rugletsel als gevolg, veranderde zijn kijk op het leven. Zonder opvolger in het vizier, verkocht hij het grootste del van zijn gronden en ging hij een nieuwe uitdaging aan.
Eerste positief geval bij dier geïmporteerd uit Frankrijk
Op een rundveebedrijf in de provincie Luik is voor het eerst in België een dier positief getest op het EHD-virus.
Geef je reactie op MAP7
+ Hulpdocument
Zoals bekend loopt er vandaag een openbaar onderzoek over MAP 7 en het milieueffectenrapport (MER) van dit plan. Tot en met 16 mei 2025 kunnen er reacties ingestuurd worden.
Verplicht digitaal gewasbeschermingsmiddelenregister vanaf 2026
In afwachting van een aanpassing aan de Europese uitvoeringsverordening vraagt Boerenbond uitstel tot 1 januari 2030.
Wacht niet met vaccineren tegen blauwtong
De vaccinatiecampagne loopt. Volgens minister Clarinval gaven de producenten de garantie dat er voldoende dosissen beschikbaar zullen zijn om de runderen en schapen voor juni te vaccineren.