De nood aan innovatieve maatregelen voor het inperken van ammoniak- en methaanemissies is hoog. In een tweede ‘Tour de Boer’ lieten we varkenshouders kennismaken met twee technieken met veel potentieel: het Veng-systeem in biggenafdelingen (nog niet erkend) en het VeDoWs-systeem bij vleesvarkens (erkend).
Bij varkenshouder Rik Bogaert
Rik past het Veng-systeem toe in de helft van de biggenafdelingen. Door de bouw van een nieuwe kraamstal kwamen de oude kraamafdelingen vrij en werden ze verbouwd tot biggenafdelingen. In het kraamhok worden twee klimaatzones gecreëerd (nanny’s en algemeen lagere staltemperatuur). Door z’n positieve ervaring wou Rik dit idee doortrekken naar de te verbouwen biggenafdelingen. Vandaar de keuze voor het Veng-systeem (verwarmde biggennesten Veng en de algemeen lagere staltemperatuur). Hier wordt ‘gedeeltelijk rooster met mest- en waterkanaal toegepast als AEA-techniek omdat het Veng-systeem in Vlaanderen vandaag niet erkend is als AEA-techniek.
De kraamhokken zijn uitgerust als vrijloop kraamhokken met verwarmde nanny's. In een eerste fase werden vier kraamhokken vrij uitloop gedurende anderhalf jaar getest om na te gaan of dit systeem past binnen zijn bedrijfsmanagement. Na een positieve evaluatie werd dit systeem toegepast. HIer werd gekozen voor mestbakken met om de 72h een geregistreerd aflaatmoment. Het idee van de kraamhokken werd verstrekt door een bezoek aan het voormalige onderzoekscentrum Varkenshouderij in Sterksel.
Veng-systeem in biggenafdelingen
Rik maakt gebruik van losloopkraamhokken in een 3-wekensysteem. Het stalontwerp (losloopkraamhokken, ventilatie, nanny’s en extra gangen) leidt tot hogere speengewichten en de mogelijke nadelen (biggensterfte door doodliggen) worden tot een minimum beperkt (1,5 % biggensterfte in het voorbije anderhalf jaar). Dankzij aangepaste ventilatie is er een groot verschil in klimaat bij de zeug en bij de biggen. Bij de zeug geniet van een frisse en luchtige omgeving, terwijl de biggen gebruikmaken van de nanny’s, wat hun interesse om dicht bij de zeug te rusten vermindert. Ook in de biggenafdelingen worden twee klimaatzones gecreëerd. Hiervoor wordt beroep gedaan op het Veng-systeem (met verwarmde biggennesten).
De grote meerwaarde van dit systeem is dat het de algemene staltemperatuur verlaagt tot ongeveer 21 °C, wat resulteert in lagere energiekosten, een comfortabelere werkomgeving en meer eetlust bij de zeug.
Potentieel voor emissiereductie
Het Veng-systeem is momenteel niet erkend in Vlaanderen of Nederland. In Denenmarken is het systeem erkend met een ammoniakemissiereductiepotentieel van 68%. In Frankrijk werd het systeem doorgemeten (65-70% reductie), maar nog niet erkend. De eerste indicatieve metingen in de stallen van Rik over 6 weken (stal met Veng-systeem = water- en mestkanaal vs niet AEA-stal met vol rooster en mestkelder) hebben tot een daling in ammoniakconcentratie van 70% geleid in de stal. Deze cijfers zijn louter indicatief, er werd niet vergeleken of het ventilatiedebiet gelijk was. De gemiddelde afdelingstemperatuur lag over de testperiode gemiddeld 5°C lager in vergelijking met de traditionele stal.
Beoordeling door veehouders
Ongeveer 80% van de aanwezige veehouders overweegt deze techniek toe te passen op zijn of haar bedrijf indien de techniek erkend wordt. De belangrijkste redenen waren de makkelijke implementatie en de betaalbaarheid. De veehouders geven aan dat het betere stalklimaat, het verhoogde dierenwelzijn en mogelijke potentiële energiebesparing belangrijke voordelen van het systeem zijn.
Een nadeel van dit systeem is dat het momenteel niet erkend is als AEA-techniek, waardoor het niet meegenomen kan worden in de vergunning.
Wil je meer ammoniakreducerende technieken ontdekken?
Binnen het project RAMBO organiseren we nog meer edities van 'Tour de Boer' waarbij we op bezoek gaan bij veehouders die systemen voor ammoniak- en methaanreductie in werking laten zien. Wil je een uitnodiging ontvangen? Geef dan je contactgegevens door aan onze consulenten klimaat en emissies.