Op de agenda van de sectorvakgroep Vleesvee en Kalveren
De nieuw samengestelde sectorvakgroep vleesvee en kalveren. Op het fotomoment waren enkele leden verontschuldigd.
Werner Aerts (Zoersel), Griet Boermans (Geel), Joris Claeys (Lennik), Eric De Boever (Stekene), Michiel Deroo (voorzitter,ZWevezele), Annick De Vos (Ertvelde), Luc Engelborghs (Rutten), Jos Meesters (Zutendaal), Luc Poppe (Wachtebeke), Jan Van Den Heuvel (ondervoorzitter, Oostmalle), Kris Vande Ryse (Dudzele), Ennio Liesens (Kuringen), Christine Vyncke (Lochristi), Katrien Vanhove (Ruddervoorde), Lydie Wuyts (Herent), Guy Vandepoel (lid hoofdbestuur) en Roel Vaes (adviseur rundvee). (Foto Studio Boerenbond)
Wie ben ik?
Ik ben 54 jaar en met mijn vrouw Betty en zoon Wout hebben we in samenuitbating een vlees- en melkveebedrijf in Zwevezele (West-Vlaanderen). We zetten onze BWB-stieren af via de coöperatie Vlaams Hoeverund en onze koeien bij de lokale slager. Via ons eigen bedrijf tendensen en innovaties uitproberen heeft me altijd geboeid en heeft ervoor gezorgd dat we met gezond boerenverstand kunnen meespreken over meningen en wetten die al te dikwijls zonder praktijkvoeling geponeerd worden.
Wat is mijn motivatie?
De liefde voor de stiel heeft me altijd gemotiveerd om de vleesveesector mee te verdedigen en zo ook leefbaar te houden voor de huidige en volgende generaties. We hebben vooral nood aan langetermijnvisie en -zekerheid en mogen ons niet te vlug laten meeslepen met 'ééndags-tendensen'. Om dit te helpen bewaken ben ik actief in de vakgroep sinds de opstart in 1997. Samen met even gemotiveerde afgevaardigden uit alle provincies komen we altijd tot sterke en gedragen standpunten. Wetgeving met impact op de sector, uitroeiprogramma's van dierziekten, transparantie in de afzet, promotie en storytelling, dierenwelzijn, bedrijven competent maken, evolutie van de sector, toekomstvisie, voedselveiligheid... zijn allemaal zaken die tijdens vele jaren de agenda van de vakgroep bepaald hebben. Sowieso zal mee evolueren met de maatschappij ook in de toekomst nodig blijven om draagvlak voor de sector te behouden.