Emelie_Laeremans

“We steken onze nek uit voor groene energie”

30 mei 2023

“Eigenlijk is onze sector keihip”, vertelt kalverhoudster Emelie Laeremans uit Herselt. De sector weet de stierkalveren uit de melkveehouderij een nuttige verwaarding te geven, daarbij maximaal gebruikmakend van nevenstromen uit de voedingsindustrie. Ook op het vlak van energie durft Emelie te kiezen voor een innovatieve pioniersrol.

Samen met haar ouders en medewerker Robbe Laeremans (de zoon van een neef) is Emelie de dragende kracht achter de familiale kalverhouderij. In overeenkomst met de Nederlandse kalvervleesproducent Van Drie houdt Emelie op vier locaties kalveren voor de productie van wit kalfsvlees.

Zelf stapte ze op 18-jarige leeftijd in 2006 in het bedrijf. Op het ouderlijk bedrijf werden naast kalveren ook nog koeien en kippen gehouden. Er was een hoevewinkel met eigen kaasproductie en Emelies moeder stond ook op de markt. “De melkstal was verouderd en de kippen lagen mij minder. Ik moest keuzes maken”, vertelt Emelie.

Elke ronde anders

Die keuze werd dus een bewuste keuze voor de witvleeskalverhouderij. Gedurende een ronde blijven de kalveren tussen de 25 en 30 weken op het bedrijf. Tussen de rondes is er een of twee weken om te reinigen en ontsmetten. De kalveren – bijna allemaal Holsteinstierkalfjes – komen van melkveehouders uit de wijde omtrek. “De kalveren komen via een centraal verzamelcentrum van Van Drie. Elke ronde is anders. Op deze locatie komen ze in één week tijd 1150 kalveren brengen. Vrachtwagens kunnen die week de klok rond aankomen, een intensieve periode.”

De zogenaamde nuchtere kalveren zijn minstens 14 dagen oud als ze op het bedrijf toekomen. Elke ronde is weer anders, ervaart Emelie. “Over het algemeen krijgen we goed verzorgde kalveren binnen, al is de algemene ziektedruk in de winter natuurlijk hoger dan in de zomer. Dat zien we ook terug in de kalveren die hier aankomen.”

Emelie_Laeremans
Emelie_Laeremans
Nauwe opvolging

Waar veel kalveren samenkomen is er onvermijdelijk ziektedruk, maar Emelie doet er alles aan om de dieren gezond te houden. De consument verwacht dat kalfsvlees wit is, en daarom wordt er op het einde van de afmestperiode een ijzerarm dieet verstrekt. Daarbij worden er evenwel geen toegevingen gedaan op diergezondheid. “In week één wordt van elk kalf apart bloed getrokken en ter plaatse op ijzer gecontroleerd. Afhankelijk van de individuele behoefte wordt er onmiddellijk ijzer toegediend. Ook in week twaalf en verder steekproefsgewijs wordt het ijzergehalte nauw opgevolgd. De basis van ons werk blijft nog altijd een gezond dier”, legt Emelie uit. Alleen als het nodig is, wordt antibiotica gebruikt. “We kiezen voor een maximale individuele opvolging en behandeling. Elke ronde krijg ik ook een rapport waarin staat hoeveel dierdagdoseringen we gebruikten. Tot nu toe scoren we daar altijd goed op, maar soms zijn antibiotica echt wel nodig. Dat is in de humane sector bij crèches of kleuterscholen niet anders.”

Je moet altijd naar je dieren kijken en aanpassen op basis van wat je ziet.

Aanpassen aan wat je ziet

Voeding speelt daarin uiteraard een belangrijke rol. Kalveren krijgen een combinatie van melk en een samengesteld ruwvoeder. Op alle sites is er automatische melk- en waterdosering; op twee sites ook automatische ruwvoederdosering. De pensontwikkeling wordt ondersteund door vanaf de tweede week 20 tot 40% stro te voorzien. Op het einde van de afmestperiode krijgen de dieren tot maximaal 3 kg brok per dag. “Een gezond kalf, en zeker een gezonde penswerking, bepaalt het succes van de afmestfase. We hebben drie soorten melkpoeders en vier soorten ruwvoeder. Afhankelijk van de dieren moet je schuiven met het een of het andere. Eén vaste rantsoenplanning gedurende een ronde is er nooit. Je moet altijd naar je dieren kijken en op basis van wat je ziet aanpassen”, weet Emelie.

Warm water

Bij de eerste voederbeurt na aankomst krijgt elk kalf afzonderlijk melk toegediend, en blijven ze bij het kalf tot alle melk opgedronken is. Dosering gebeurt dan met een maatbeker. Als geen ander weten kalverhouders hoe belangrijk het is om de melk op een juiste manier te bereiden. “We starten altijd met water van 80-85 °C. We mengen met het poeder op een temperatuur tussen 65 en 70 °C om vetten goed op te lossen. Bij de kalveren willen we een melktemperatuur van 40-42 °C en dat controleren we ook.”

Emelie_Laeremans
Stimulerend kader

“We investeren heel wat eigen middelen en steken onze nek uit om tot een klimaatvriendelijker bedrijf te komen. Het zijn inspanningen die anderen misschien niet zouden doen en die in eerste instantie vooral geld en kopzorgen kosten. Maar we willen tonen dat het kan om stappen vooruit te zetten op het vlak van milieu en klimaat. De energie-ommekeer kan er komen. Het is aan boeren om stappen te zetten, maar ook aan de overheid om een stimulerend kader te voorzien waardoor boeren die stappen durven zetten.”

Emelie_Laeremans
Warmte produceren en bufferen

Elke dag heeft Emelie zo’n 8000 liter warm water nodig van 85 °C. Dat is heel wat energie. Emelie stapte in een Europees project om te pionieren met een CO2-vrije warmwaterproductie. Op het bedrijf staat nu een thermische zonneboiler, bestaande uit 24 panelen. Elk zonnepaneel verwarmt op basis van diffuus zonlicht en bevat een waterbuffer van 300 liter. Dat water kan tot bijna 100 °C verwarmd worden en heeft ook een overdrukbeveiliging. Het koude water stroomt door elk paneel en komt eens verwarmd in een buffer van 6000 liter. Om zo veel mogelijk warmte vast te houden, kwam er ook nog eens een bijkomende buffer van 3000 liter én een ondergrondse warmtebuffer in de vorm van leidingen door wit zand op een diepte van iets meer dan een meter. De bijkomende buffer, de ondergrondse warmteopslag en de aangepaste softwaresturing zijn eigen innovatie. Het project wordt nu opgevolgd door de universiteit van Wageningen, die een inschatting zal maken van de rentabiliteit en terugverdientijd.

Bedrijfsfiche

  • Emelie Laeremans (36), kinderen Marie (10) en Olivia (5). Lief Vermeulen (61), René Laeremans (63)
  • Witvleeskalverhouderij
  • Herselt (Antwerpen)