Waarom onze melk nog klimaatvriendelijker moet worden
De Vlaamse melk hoort bij de meest klimaatvriendelijke ter wereld. En toch is dat niet voldoende om achteruit te gaan leunen. De doelstellingen uit het Convenant Enterische Emissies Rundvee én de Europese en Vlaamse klimaatdoelstellingen zetten druk op de sector. Gelukkig zijn er haalbare oplossingen voor elk bedrijf.
Hoewel stikstof vaak het debat domineert in Vlaanderen, moet je dit even buiten beschouwing laten als het gaat over klimaatvriendelijk produceren. Terwijl stikstof gaat over een (over)bemesting van natuur door verbrandingsmotoren en mestopslag, draait het bij klimaatvriendelijk produceren over het reduceren van broeikasgassen. Deze beïnvloeden immers de opwarming van de aarde door de uitstoot van methaan, lachgas en CO2. Een belangrijk onderscheid, want de verleiding om alles op één hoop te gooien is vaak groot. Al zorgen maatregelen die uitstoot van broeikasgassen inperken indirect ook voor een reductie van de stikstofuitstoot.
De impact van rundvee
Recent kwam de FOD Volksgezondheid naar buiten met een nieuw rapport over de transitie van ons land naar een klimaatneutrale samenleving tegen 2050. Dat rapport toonde aan dat heel wat sectoren, waaronder ook landbouw, al duidelijke inspanningen leverden. Zo daalden de broeikasgasemissies van landbouw in België sinds 1990 met 15% dankzij efficiënte bemesting, energiebesparing, hernieuwbare energieproductie, additieven in veevoeding, genetische selectie en ga zo maar door. Maar het rapport is ook kritisch, want zowel industrie, transport, de bouw, de energiesector als landbouw zitten nog niet op koers om de doelstelling te halen. Landbouw is verantwoordelijk voor ongeveer 11% van de totale Vlaamse uitstoot van broeikasgassen. De rundveesector is daarin de grootste factor en neemt meer dan de helft van de uitstoot uit landbouw op zich. Methaan en lachgas zijn belangrijke broeikasgassen en die ontstaan tijdens de vertering van dieren en in de mestkelder.
Klimaatvriendelijke melk
Vlaamse veehouders gaan heel bewust met die klimaatverantwoordelijk om en de melkveehouderij is een koploper in innovatieve klimaatoplossingen. Zo toonde het Klimrek-project van ILVO en Boerenbond vorig jaar nog aan dat Vlaamse melk zeer goed scoort qua klimaatvriendelijkheid. Klimaatscans op 150 melkveebedrijven toonden aan dat 1 kg Vlaamse melk gemiddeld 0,99 kg CO2-equivalenten met zich meebrengt. Dat is beduidend lager dan in andere landen. De Vlaamse melkveehouderij is dus duidelijk goed bezig. En toch blijken die inspanningen voorlopig onvoldoende om ons op het pad van klimaatneutraliteit te zetten. Het Vlaamse Klimaatbeleidsplan (VEKP) werd in 2021 een eerste keer goedgekeurd en in 2023 definitief bekrachtigd. Het bevat specifieke doelstellingen voor elke sector in Vlaanderen om hun steentje bij te dragen aan het behalen van de Belgische reductiedoelstelling van -47% tegen 2030. Specifiek voor de rundveehouderij werd het Convenant Enterische Emissies Rundvee (CEER) in 2019 in het leven geroepen. Dit document wordt gesteund door verschillende organisaties uit de agrovoedingsketen, waaronder ook Boerenbond. Het doel is om technische maatregelen voor te stellen die rundveehouders kunnen toepassen om de methaanuitstoot in de pens van hun vee te beperken.
Veel winst in voeder
Het Convenant Enterische Emissies Rundvee is dus een breedgedragen actieplan dat voor en door de landbouwsector en alle ketenpartners is opgesteld. Voedermaatregelen vormen de basis van het convenant en hebben ook het grootste potentieel voor emissiereductie. Met aanpassingen in het voeder kan je maar liefst een tiende van de Vlaamse voetafdruk van melk wegwerken. Door producten als bierdraf/koolzaad, 3-NOP, geëxtrudeerd lijnzaad of koolzaadschroot of nitraat aan het rantsoen toe te voegen, wordt de methaanproductie in de pens geremd.
Haalbare maatregelen voor elk bedrijf
Dat is gelukkig niet alles. Ook het gebruik van kunstmest terugschroeven en bijvoorbeeld omschakelen naar grasklaver levert je wel wat winst, of in dit geval reductie, op. Nog een maatregel met veel impact is het verminderen van je jongveestapel en vervangingspercentage door in te zetten op de langleefbaarheid van je melkkoeien. Ook een slimmer energiebeheer in de melkstal door bijvoorbeeld te werken met een voorkoeler op de melktank of warmte terug te winnen uit de melkkoeling kan je klimaatimpact reduceren. Je ziet, de maatregelen die een verschil maken zijn niet afhankelijk van grote investeringen of enkel mogelijk op grootschalige of nagelnieuwe bedrijven. Elke melkveehouder kan experimenteren met de aanpassingen die werken op zijn of haar bedrijf. Via de klimaatscans (zoals bijvoorbeeld Klimrek) kunnen deze managementinspanningen in beeld worden gebracht.
Klimaatvriendelijkheid heeft een prijs
Koken kost geld, ook als het om methaanreducerende maatregelen gaat. Je voedermanagement aanpassen betekent immers vaak dat je additieven of alternatieven kiest die een impact hebben op de voederkost. En hoewel energiebesparende technieken geen fortuin hoeven te kosten, telt ook dit door in je portemonnee. Toch is het de moeite waard om deze acties te ondernemen. Ten eerste omdat het verlagen van je klimaatvoetafdruk ook een positieve impact kan hebben op de efficiëntie en gezondheid van je koeien, bijvoorbeeld bij het voederen van voldoende geëxtrudeerd lijnzaad in het rantsoen. Een slimmer energiebeheer in de melkstal verlaagt daarnaast niet alleen je klimaatimpact, maar ook je energiefactuur.
Ondersteuning door overheid en keten
Maar de overheid ondersteunt veehouders die hun methaanuitstoot reduceren ook financieel. Zo is er een ecoregeling van kracht die focust op voedermanagement. Afhankelijk van de maatregelen die je neemt heb je recht op een subsidie van 0,08 tot 0,21 euro per dier per dag. Er zijn wel een aantal randvoorwaarden waaraan je moet voldoen om recht te hebben op deze premie. Een aanvraag indienen doe je via de verzamelaanvraag. Ook vleesveehouders kunnen trouwens aanspraak maken op deze ecoregeling, want het toevoegen van nitraat aan het voeder is niet alleen een mogelijkheid voor melkvee maar ook voor vleesvee. Voor vleesvee worden er trouwens momenteel nog bijkomende maatregelen onderzocht, zoals het effect van geëxtrudeerd lijnzaad.
Daarnaast werd begin 2024 binnen MilkBE het duurzaamheidscharter goedgekeurd waarbij de zuivelbedrijven het engagement hebben aangegaan om initiatieven ter reductie van broeikasuitstoot mee te ondersteunen via onder meer het toekennen van duurzaamheidspremies, het ondersteunen van specifieke maatregelen of het uitrollen van klimaatscans.
Ontdek alle voedermaatregelen!
Wil je ervoor zorgen dat je melkvee minder methaan uitstoot? Dan zijn aanpassingen aan het rantsoen de meest efficiënte methode. Op de website van de Vlaamse overheid vind je een uitgebreid overzicht van alle grondstoffen en voederadditieven die je kan toevoegen aan het rantsoen die een merkbaar verschil maken in de methaanuitstoot. Je zal zien dat het ene product een grotere impact heeft dan het andere, en dus ook een hoger reductiepercentage én steunbedrag per dier per dag met zich meebrengt. 3-NOP, nitraat en geëxtrudeerd lijnzaad scoren het hoogst, maar er zijn ook andere producten en diverse combinaties mogelijk. Hou zeker rekening met de juiste dosis en toedieningsperiode, zodat je de beloofde reducties ook effectief kan realiseren. Op zoek naar methaanreductiemethoden bij vleesvee? Ook daarvoor zijn er voedermogelijkheden. Raadpleeg hiervoor https://lv.vlaanderen.be/dier/runderen/milieu-en-energie-runderen/welke-maatregelen-kan-de-rundveesector-nemen-om-de
Weet ook dat je voor een aantal van deze maatregelen een ecoregeling kan aanvragen. Dit doe je in de verzamelaanvraag van april 2025. Vergeet echter niet dat je om in orde te zijn al in januari 2025 moet starten met deze producten te voederen! Meer info over de ecoregelingen en randvoorwaarden vind je via https://lv.vlaanderen.be/steun/diergebonden-steun/diergebonden-ecoregelingen-en-agromilieuklimaatmaatregelen/ecoregeling
Auteur: Nele Kempeneers
Ruimere focus op carbonfootprint noodzakelijk
Roel Vaes, adviseur Rundvee, Studiedienst: “Veehouders hebben zeker aandacht voor het klimaat. Ze worden immers als eersten geconfronteerd met de gevolgen van extremere weersomstandigheden. Ze zijn dan ook bereid om inspanningen te leveren. In het Convenant Enterische Emissies ligt de focus voornamelijk op de methaanuitstoot en voedermaatregelen. Maar op bedrijfsniveau zijn er meerdere mogelijkheden om te werken om CO2 reducerende maatregelen. De voedermaatregelen maken hiervan een belangrijk onderdeel uit. Via de klimaatscans kunnen alle inspanningen op bedrijfsniveau in kaart worden gebracht en vertaald in de carbon footprint. Het is dan ook noodzakelijk dat de resultaten van de scans worden opgenomen in de Vlaamse klimaatboekhouding. Daarnaast blijven stimulansen vanuit de overheid en keten cruciaal om de meerkosten van maatregelen en initiatieven te compenseren. Maar ook een vrijstelling van bijkomende maatregelen voor de voorlopende bedrijven die bewijzen dat ze reeds maatregelen nemen, is cruciaal om het gros van de veehouders mee te overtuigen bijkomende stappen te zetten.”